Kaartje kwijt-De vier musketiers
Verhaal 260 Kaartje kwijt
Ze gaan vandaag met de stoelentrein op reis. Dan moeten er wel kaartjes gemaakt en gekocht worden en daar zijn ze gisteren druk mee bezig geweest. Heer Krekel is soms best slordig en raakt van alles kwijt ook zijn kaartje of toch niet?
Kaartje kwijt
Oma HELP, roept Heer Krekel ik heb bijna paniek
Meneer Krekel, schrikt Oma, u bent toch niet ziek
Nee, Oma zucht Heer Krekel ik ben m'n kaartje kwijt
En ik heb nog maar een kwartiertje tijd
We zouden vandaag stoelentreintje spelen
Door alle regen zouden wij ons anders gaan vervelen
We willen als eerste naar station Omaoma gaan
Daarna gaan we eventjes bij ober Sjaak zijn cafeetje aan
Als laatste station gaan we naar 'Restaurant Oma's Mema'
Ik denk dat ik zonder kaartje helaas niet mee mag
Oma, vertelt u het niet tegen Mijnheer Jack
Ik heb mijn hele huis alweer op zijn kop gezet
Ik weet niet hoe het komt maar de laatste tijd
Raak ik zomaar belangrijke dingen kwijt
Vorige week, klaagt hij verder was het mijn step
Ik wist niet meer waar ik die had neergelegd
Krekeltje, zegt Oma die step lag op het pad
Opa was het helemaal zat
Daarom heeft Opa hem in de schuur gezet
Dat was voor u gewoon een goede les
Maar Oma gisteren had ik mijn kaartje nog
We hebben ze allemaal tegelijk gekocht
We hebben eerst de kaartjes zitten kleuren
Oma, u weet dat moet heel secuur gebeuren
Toen konden we bij Vrouwe Meisje een kaartje kopen
Nu, zucht hij dramatisch kan ik alleen maar hopen
Dat ze er nog eentje voor mij heeft
En dat ze mij die gratis geeft
Oma, fluistert Heer Krekel zal ik stiekem de controle mijden
En dan zonder kaartje zwart mee gaan rijden
Mijnheer Krekel toch dat zou niet eerlijk zijn
Uw vrienden vinden oneerlijk zijn helemaal niet fijn
Mijnheer Krekel welke jas had u gisteren aan
Die groene Oma die u mij zo mooi vindt staan
Zat het kaartje niet in de zak van uw jas
Nee Oma ik hoopte dat het zo simpel was
Het zat ook niet in de zak van mijn broek
Of op andere plekken waar ik altijd zoek
Mijnheer Jack komt Krekels huisje binnen
Heer Krekel we willen met ons treinreisje beginnen
Heer Krekels hoofd wordt helemaal rood
Mijnheer Jack ik hoop dat u mij gelooft
Maar dieven hebben vannacht mijn kaartje geroofd
Nee hoor lacht Heer Jack u houdt me voor de gek
Terwijl hij met Heer Krekels kaartje zwaait
Zegt hij, u hebt mij gisteren zelf gevraagd
Of ik uw kaartje bij mijn kaartje houdt
Dan, zei u gaat het morgen zeker niet fout
Mijnheer Jack, zegt Heer Krekel met een diepe zucht
Ik ben enorm opgelucht
Nu kan ik mee op reis met de stoelentrein
Vlug Mijnheer Jack we moeten er over drie minuten zijn
De hele dag zijn ze onderweg geweest
Bij Omaoma was het een groot feest
Dat feest ging bij ober Sjaak gewoon door
Want die toverde weer muntjes uit je oor
Gelukkig stond in 'Restaurant Oma's Mema'
Een heerlijk broodje voor iedereen klaar
Ze zijn ook nog bij Sjonnie de Pony op bezoek gegaan
Toen was het met het reisje jammer genoeg gedaan
Mijnheer Krekel heeft tegen Mijnheer Jack gezegd
Dat hij vanaf nu weer beter op zijn eigen spullen let
Krekeltje we zullen het zien lacht Mijnheer Jack
Maar soms verstoppen uw spullen zich op de vreemdste plek

Verhaal 261 De vier musketiers
Broertje Tim is met het verkeerde been uit bed gestapt, dat gebeurt soms. Wel vervelend is dat hij dan niets wil. Oma zegt dan dat Broertje Tim de bokkenpruik op heeft. Hij krijgt zelfs straf en dat terwijl Oma haast nooit straf geeft misschien één keer in je hele leven!
De vier musketiers
Oma, mokt Broertje Tim waar komt dit nu weer vandaan
Ik heb toch helemaal niets misdaan
Broertje Tim uw speelgoed moest weg zijn voor het eten
Maar zo te zien bent u dat al weer vergeten
Ik heb het u nu al tien keer gevraagd
Maar het lukt schijnbaar niet vandaag
Maar Oma ik ben nog lang niet uitgespeeld
En ik heb toch niemand echt geklierd of verveeld
Lieve lieve Broertje Tim al de hele dag
Doet u van alles wat niet mag
Vrouwe Meisje is haar voetbal kwijt
Opa is zijn bezem kwijt
Heer Krekel is zijn puzzel kwijt
Heer Jack is zijn kleurdoos kwijt
Lieve lieve Tim ik denk dat al die 'kwijten'
Aan u zijn te wijten
Ga nu maar een minuutje in dat hoekje staan
Bedenk dan wat heb ik vandaag allemaal verkeerd gedaan
Ik wil dat u daarmee stopt
En mannetje zet vooral niet de bokkenpruik op
Ben maar verstandig Broertje Tim, zegt Mijnheer Jack
Kom dan lopen we samen naar de plek
Lief Broertje doe nu maar wat Oma zegt
Dan zegt Heer Krekel wijs wordt wat krom is snel weer recht
Jongens fluistert Heer Jack
We moeten naar zolder naar het carnavalsrek
Ik heb een heel grappig plan
Zodat Oma weer om Broertjes streken lachen kan
Dan is zijn straf natuurlijk snel voorbij
En is iedereen weer gelukkig en weer blij
Ze klimmen zachtjes naar de zolder
Niet zoals ze altijd doen met veel holderdebolder
Maar als muisjes gaan ze de treden op
Want als Oma iets hoort dan is dat een strop
Kijk Heer Krekel daar in de hoek
Staat het rek dat ik zoek
Daar hangen onze pietenpruiken
Die kunnen we nu erg goed gebruiken
Ik had paars, u had rood en u had blauw
In die gele had Broertje Tim helemaal geen zin
Maar helaas net als toen
Moet hij het vandaag maar met die gele doen
Wat is dit nou weer Broertje Tim
Oma houdt haar lachen in
Wat ze ziet vindt ze heel mooi
Maar ze houdt haar gezicht in de serieuze plooi
Daar staan de vier met hun pietenpruiken op
Oma, lacht Heer Krekel we hebben de bokkenpruik op onze kop
De kleine musketiers staan netjes op een rij
Eén voor allen en allen voor één, lacht Oma blij
Samen met Opa hebben ze Broertje Tim zijn bed
Toch maar tegen de andere muur gezet
Want het is beslist waar wat Oma zegt
Zo stapt hij altijd met zijn vrolijke been uit zijn bed
